Het osteopathisch onderzoek begint met een uitgebreide anamnese. Hierbij wordt gelet op vele details die in het verleden van betekenis zijn geweest. Vele ziekten of traumata hebben een aanpassing van het lichaam gevraagd.
Het onderzoek gebeurt geheel manueel, met de handen. De handen van de osteopaat zijn zo geoefend dat hij, naast de beweeglijkheid van alle grote en kleine gewrichten (wervelkolom, extremiteiten en schedel) ook de positie, vorm en beweging van de organen kan voelen.
Bij de therapie worden alleen de handen gebruikt om via directe (manipulaties) of indirecte (zeer lichte beweeglijkheid op het niveau van ritmen) technieken de beweeglijkheid van alle weefsels, gewrichten of organen te herstellen. De technieken worden op alle aspecten (pariëtaal, visceraal en craniaal) toegepast, waarbij (indirect) tevens de emoties (bewust of onbewust) vrij kunnen komen.
Osteopaten hebben in Nederland een eigen beroepsvereniging en twee registers: de Nederlandse Vereniging voor Osteopathie (NVO), het Nederlands Register voor Osteopathie (NRO) en de Nederlandse Osteopathie Federatie(NOF)